Werkgevers krijgen een extra kostenpost van € 150 mln per jaar op hun bord als gevolg van het nieuwe ontslagrecht, dat per 1 juli ingaat. Werknemers die na twee jaar ziekte arbeidsongeschikt raken, blijken straks ook nog recht te hebben op een transitievergoeding, bovenop de sociale uitkering die in de huidige situatie al ontvangen. Dat blijkt uit een rondgang langs experts. Zij spreken van een nieuwe weeffout in de Wet Werk en Zekerheid, die enkele weken geleden ook al in opspraak raakte door een ander onvoorzien gevolg voor werkgevers.
Het gevaar is groot dat de transitievergoeding niet wordt gebruikt waar die voor bedoeld is: de begeleiding van arbeidsongeschikten naar een nieuwe baan.
Ook in dit nieuwe geval pakt de wet veel duurder uit dan gedacht: de huidige werkgeversplicht van twee jaar loondoorbetaling bij ziekte gold toch al als extreem binnen Europa en daar komt straks nog een forse last bovenop. Bovendien moet die in één klap worden afgerekend bij ontslag. Tot slot is het gevaar groot dat de transitievergoeding niet wordt gebruikt waar die voor bedoeld is: de begeleiding van arbeidsongeschikten naar een nieuwe baan. Dat komt omdat veel langdurig zieke werknemers volledig worden afgekeurd en in de praktijk niet meer re-ïntegreren.
Bizar
‘Politiek en werkgevers lijken geen idee van de consequenties te hebben’, zegt adviseur Ramon van Bruchem van consultant Mercer. Driekwart van de 33.000 werknemers die jaarlijks een arbeidsongeschiktheidsuitkering toegewezen krijgen, is volledig afgekeurd, rekent hij voor. Ontvangt de helft daarvan een transitievergoeding (gemiddeld € 12.500), dan kost dat de bv Nederland € 150 mln. Bizar, vindt Van Bruchem, omdat er al een stevig sociaal vangnet gespannen was tot aan de pensioenleeftijd. Bovendien wordt ook dat vangnet grotendeels betaald door de werkgever (maximaal tien jaar), in de vorm van premies.
Hoogleraar arbeidsrecht Evert Verhulp noemt het ‘één van de vele rafelranden van de wet Werk en Zekerheid’. Ruim twee weken geleden uitte hij samen met collega-hoogleraar Stefan Sagel in deze krant de kritiek dat minister Lodewijk Asscher van Sociale Zaken de ontslagwet met te veel ‘politieke haast’ door de Eerste en Tweede Kamer heeft geloodst: ondoordachte effecten en juridische missers zijn dan onvermijdelijk.
Herstel nodig
VNO-NCW noemt de vergoeding voor afgekeurde werknemers een weeffout die zou moeten worden hersteld.
Werkgeverskoepel VNO-NCW noemt de vergoeding voor afgekeurde werknemers een weeffout die zou moeten worden hersteld. Voorman van MKB-Nederland Michaël van Straalen kaartte het onderwerp vorige maand aan — maar pas op pagina 54 van zijn groeiagenda. De omstreden constructie is vorig jaar ook aan bod gekomen in de Eerste Kamer. Maar er is daarna geen serieuze lobby op gang gekomen.
‘Werkgevers hebben deze misser wel geconstateerd maar nooit in de volle omvang doorgerekend’, zegt directeur Maudie Derks van Acture, een private uitvoerder van de ziektewet. Derks vindt dat extra straf dreigt op het hebben van vaste werknemers. Bovendien verbaast ze zich erover dat het onderwerp niet is meegenomen in de recente discussie over seizoenswerkers die hoge transitievergoedingen dreigden te krijgen. Een zaak die in financiële termen kleiner is dan deze, maar inmiddels grotendeels door minister Asscher is rechtgezet. ‘Dit hadden ze daarin mee kunnen nemen.’
Sociale Zaken verdedigt de nieuwe regeling door te stellen dat het wettelijk verboden is om bij ontslag onderscheid te maken tussen zieken en niet-zieken. ‘Daarom hebben werknemers die wegens ziekte worden ontslagen recht op een transitievergoeding’, aldus een woordvoerder. De transitievergoeding zou bovendien niet alleen bedoeld zijn voor werk-naar-werk-begeleiding: in dit geval is het ook een ‘compensatie voor ontslag.’
bron: FD.nl
Overgangsrecht
Voor het vaststellen van de transitievergoeding tellen tijdelijke arbeidsovereenkomsten die vóór 1 juli 2012 zijn geëindigd en elkaar hebben opgevolgd met een onderbreking van meer dan drie maanden (of een kortere termijn als die gold op grond van een cao) niet meer mee. Tijdelijke arbeidsovereenkomsten die elkaar na 1 juli 2012 met een tussenpoos van ten hoogste zes maanden hebben opgevolgd, tellen wel mee. De periode gerekend vanaf 1 juli 2012 (tot 1 juli 205) sluit ook aan bij de termijn van de huidige ketenbepaling voor het ontstaan van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd (3 jaar).
Bevorderen aangaan vaste arbeidsovereenkomst
Ter bevordering van het aangaan van arbeidsovereenkomsten voor onbepaalde tijd volgt de minister nog met een verrassende maatregel. Als een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd op of na 1 juli 2015 wordt aangegaan, worden voorafgaande arbeidsovereenkomsten die vóór die datum zijn geëindigd en elkaar hebben opgevolgd met tussenpozen van langer dan drie maanden (of de termijn die op grond van de cao gold) niet meegeteld voor de bepaling van de transitievergoeding. In ruil voor de opbouw van de transitievergoeding krijgt de werknemer dan de zekerheid van een vast contract (ontslagbescherming en opzegtermijn), aldus de minister.
Met dit maatregelenpakket (dat volgens planning op 3 maart in de Tweede Kamer wordt besproken) lijkt deze overgang van oud naar nieuw recht te zijn gefaciliteerd. Naar verwachting is dit niet het enige probleem rondom de invoering en toepassing van de WWZ. Wij houden u graag op de hoogte van de WWZ-perikelen.
Het overgangsrecht is opgesteld door JPR Advocaten en geldt als aanvulling op het artikel van het Financieel Dagblad.
Recente reacties