Er is een nieuwe regeling voor stage begeleidende bedrijven.
Veel strenger wordt nu gelet op het volgende:
Aanwezige administratie en bewijslast
Om subsidie te ontvangen, vullen werkgevers, aan het einde van het schooljaar, een digitaal aanvraag formulier met vragen in.
Met het indienen van dit aanvraagformulier verklaart de werkgever dat hij beschikt over een (praktijk) overeenkomst die door alle partijen is getekend. Het uitgangspunt is dat de werkgever bij de begeleiding van een deelnemer nu al beschikt over de benodigde administratie.
Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) legt geen voorschriften op hoe de administratie precies gevoerd moet worden. Dit omdat de regeling vele sectoren betreft en de rijksdienst de werkgever niet wil verplichten om in één bepaald format te werken.
De bewijslast ligt bij de werkgever. Deze moet per deelnemer de administratie kunnen tonen wanneer het RVO hier om vraagt.
DE WERKGEVER BESCHIKT OVER DE VOLGENDE STUKKEN IN DE ADMINISTRATIE
- Een door alle partijen ondertekende (praktijkleer)overeenkomst, waaruit onder andere moet blijken hoe de begeleiding zal plaatsvinden en welk deel van de leerdoelen/kwaliteiten/kwalificaties in de beroepsvorming bij de werkgever moet worden behaald;
- Een aanwezigheidsregistratie van de deelnemer bij de beroepspraktijkvorming. Dit kan bijvoorbeeld een uitdraai uit het digitale tijdschrijfsysteem zijn, een presentielijst- of een geldig arbeidscontract samengaand met een verzuimregistratie, zolang de praktijkvorming uren van de deelnemer ermee kunnen worden aangetoond;
- Een administratie waaruit de begeleiding blijkt (de voortgang van de beroepsvorming) en waaruit de wijze blijkt waarop het deel van de leerdoelen/kwaliteiten/kwalificaties met betrekking tot de beroepsvorming is behaald. Dit kan bijvoorbeeld met behulp van een (BPV) werkboek (origineel/kopie/scan) van de deelnemer of tussentijdse gespreks-, beoordeling,- en evaluatieverslagen.
Ziekte of verzuim
De regeling omschrijft een gerealiseerde praktijkleerplaats als “het aantal weken dat tijdens de praktijkleerplaats daadwerkelijk onderricht in de praktijk van het beroep plaatsvindt” Dat betekent dat elke week waarin begeleiding is gegeven meetelt. Ongeacht het aantal dagen waarop begeleiding plaatsvond. Een week waarin om welke reden dan ook (bijvoorbeeld door ziekte of vorstverlet) geen begeleiding heeft plaatsgevonden, kan niet worden opgevoerd in de aanvraag. Dit uit zich in een naar verhouding kleinere vergoeding.
Controle
Bij deze regeling worden subsidie verstrekte aan bedrijven. Rijksdienst voor Ondernemend Nederland, uitvoeringsorganisatie van het Ministerie van Economische Zaken, controleert naleving van de regeling bij de bedrijven. Hierbij heeft RVO een signalerende rol ten aanzien de kwaliteit van het geleverde onderwijs. De onderwijsinspectie ziet toe op de naleving van de onderwijswetgeving en de kwaliteit van het geleverde onderwijs, zij publiceren op hun website de meest recente publicaties over de opleidingen.
Bewaarplicht
Na verstrekking van de subsidie blijven steekproefsgewijs controles plaatsvinden onder de werkgevers om na te gaan of de aanvraag naar waarheid is ingevuld en de subsidie terecht is uitbetaald. De werkgever heeft dan ook de bewaarplicht van de relevante documenten tot 5 jaar na het studiejaar waarvoor subsidie is verstrekt.
Recente reacties